Gemeente onvoldoende transparant bij lokale belastingheffing

De aanleiding was wat vreemd, namelijk drie moties van CU over een niet-geagendeerd onderwerp; toch was het debat vervolgens niet minder interessant.

Uitgangspunt bij lokale heffingen is dat de Afvalstoffenheffing maximaal tot een kostendekkend tarief mag leiden, zo ook voor Rioolbelasting. De gemeente mag de kosten via deze belastingen op de inwoners verhalen, maar het is niet de bedoeling het als melkkoe te gebruiken.


Mede door de maatregelen getroffen in de vorige collegeperiode, onder leiding van VVD Wethouder Stoel, zijn bij het afvalwater en de huisvuildienst besparingen gerealiseerd, waardoor de tarieven van de afvalstoffenheffing en de rioolbelasting dus naar beneden kunnen.


Het college wilde echter ook een bepaalde opbrengst (€) halen bij de OZB en deze inkomsten bleven in 2014 achter bij de vooraf gemaakte inschattingen en dit zou ook voor 2015 inhouden dat de OZB inkomsten lager zouden uitvallen.


Omdat door een miscalculatie bij de verwachte OZB opbrengst in 2014 men de opbrengst hoger had ingeschat dan de uiteindelijke opbrengst over 2014 bleek te zijn probeerde het college de opbrengst voor de OZB voor 2015 en 2016 op die hoogte te krijgen van hetgeen men kennelijk nodig had en pluste men die besparing van de eerdergenoemde heffingen bij, bij de OZB. Het college gaf in het voorstel aan dat het totaal van rioolbelasting, verontreinigingsheffing en OZB (tezamen de Woonlasten) “slechts” met het verwachte  inflatiecijfer zou worden verhoogd en dat de heffingen / woonlasten voor onze gemeente daarmee nog altijd bij de 5 laagste gemeenten in Friesland hoorde en op plaats 99 van Nederland staat.   

  

Dit klinkt aardig, maar de situatie is anders.


De systematiek is naar onze mening als volgt:

De Rioolheffing en de Afvalstoffenheffing (de jiske-amer) behoort dus (maximaal) een kostendekkend tarief op te leveren.

De OZB heffing is naar onze mening het sluitstuk voor een gemeente om buiten de leges de benodigde middelen binnen te halen ter dekking van haar activiteiten. Je behoort een tarief voor Rioolheffing en Afvalstoffenheffing vast te stellen op basis van de (werkelijke) kosten en tot slot moet je als sluitstuk van een begroting een tarief voor de OZB vaststellen naar hetgeen de gemeente denkt nodig te hebben en over de hoogte daarover heb je een politiek debat n.l. over de keuzes die in de begroting worden voorgelegd en over eventuele voorgenomen investeringen ja of nee, dan houd je de discussie zuiver en ben je volledig transparant. De huidige werkwijze is dat allerminst. Of er is sprake van winst op riool en huisvuilinzamelijk, of de OZB tarieven stijgen harder dan de inflatie en harder dan in voorgaande jaren. Een van beide is het, en in ieder geval is het niet transparant.


Denkt u hier even aan wanneer u de aanslag van de gemeentelijke heffingen komend jaar uit uw brievenbus haalt?